Deze paragraaf bevat de uitleg hoe een modelontwikkelaar Invantive Control for Excel kan gebruiken aan de hand van de knoppen in het lint in Microsoft Excel. De modelontwikkelaar kan dezelfde functies gebruiken als de modelgebruiker, alleen de ontwikkelaar kan ook het model aanpassen. De volgende afbeelding laat het tabblad 'Modeller' zien met de knoppen die de modelontwikkelaar kan gebruiken. Deze paragraaf geeft per knop de werking aan.
Het tabblad 'Modeller' is verdeelt in de groepen 'Synchroniseren', 'Publiceren', 'Modelinformatie', 'Blokacties', 'Verbinding' en 'Help'. Dit tabblad is alleen zichtbaar als de ontwikkelmodus ingeschakeld is in de Configuratie.
Model
De groep 'Model' bevat de volgende knoppen:
• Ontwerpmodus: schakelt de ontwerpmodus van de werkmap in of uit. Het model kan gewijzigd worden in de ontwerpmodus. Bij inschakelen word gevraagd om een wachtwoord als dit ingesteld is.
• Bewerk Model: wijzig het model van deze werkmap. Het venster toont de parameters, blokken, uitbreidingen en openstaande wijzigingen. Zie Modelbewerker.
• Valideer Model: valideert het ontworpen model. Als de validatie mislukt volgt er een foutmelding.
• Installeer Database: installeer de modeldatabase in dit werkblad.
• Bijwerken Database: upgrade het model van de database van dit werkboek naar de laatste versie die ondersteund wordt door Invantive Control for Excel. De knop werkt alleen als er een update beschikbaar is.
• Verwijder Database: verwijder het databasemodel van dit werkblad. Deze actie kan niet ongedaan worden gemaakt en synchroniseren van wijzigingen is hierna niet meer mogelijk.
Tools
De groep 'Tools' bevat de volgende knop:
• Query Tool: opent de Query Tool om een SQL-query op de database uit te voeren, zie Invantive Producer Query-tool.
Blokinformatie
De groep 'Blokinformatie' bevat de volgende knop:
•Blokinformatie: hier wordt de informatie over het geselecteerde blok getoond met hierbij de broncode en of het blok bewerkt mag worden.
Rij-informatie
De groep 'Rij-informatie' bevat de volgende knop:
•Rij-informatie: hier wordt de informatie over de geselecteerde rij getoond met hierbij het unieke ID, status en veld uit de feitendatabase.
Foutopsporing en Analyse
De groep 'Foutopsporing en Analyse' is alleen zichtbaar als de debug mode aanstaat en bevat de volgende knoppen:
• Repository Werkbladen: toont de verborgen werkbladen. De repository bevat een werkmap met de modeldatabase en een leeg werkblad. zie Repository Werkbladen.
• Toon Spoor: opent een venster met de foutopsporing en analyse. Dit venster kan gebruikt worden om eventueel fouten in de werking van Invantive Control for Excel te analyseren, zie Toon Spoor.
• Markeer Rij als Nieuw: markeer deze rij als nieuws, zodat het kan worden ingevoegd in de feitendatabase bij de volgende synchronisatie. Deze functie kan gebruikt worden bij het kopieren van gegevens tussen twee feitendatabases.