Invantive Vision

Het is mogelijk om subrapporten te gebruiken. Hiervoor moeten parameters ingesteld worden door de Properties te openen van het subrapport in het hoofdrapport. De volgende parameters moeten dan worden ingesteld:

•Eventuele parameters waarmee de uitkomsten van de query in het subrapport beperkt worden tot de relevante gegevens van het hoofdproject. Een veel voorkomende parameter is P_PJT_CODE voor het project. In het hoofdrapport wordt dit gevuld met de projectcode met hulp van bijvoorbeeld ‘$F{PJT_CODE}’.

•De Subreportparameters moeten de volgende waarden bevatten:

•REPORT_RESOURCE_BUNDLE: deze dient gevuld te worden met ‘$P{REPORT_RESOURCE_BUNDLE}’. Op deze wijze wordt zeker gesteld dat het rapport dezelfde vertalingen krijgt als het hoofdrapport.

•REPORT_LOCALE: deze dient gevuld te worden met ‘$P{REPORT_LOCALE}’. Op deze wijze wordt zeker gesteld dat het rapport dezelfde vertalingen krijgt als het hoofdrapport.

•Het veld Connection Expression deze dient gevuld te worden met ‘$P{REPORT_CONNECTION}’, zodat het subrapport dezelfde databaseverbinding deelt met het hoofdrapport.

•De locatie van het subrapport wordt hetzij gevuld met de URL van het rapport, bijvoorbeeld ‘http://SERVER/tbubs/bubs_custom_sub1.jasper’, of met een kolom in de query die deze berekent. Het gebruik van een query verdient aanbeveling omdat het rapport dan transparant op elke omgeving het juiste rapportagebestand pakt. De voorkeursnaam voor deze kolom is SUBREPORT<nummer>_URL en de waarde wordt dan gevuld met ‘$F{SUBREPORT<nummer>_URL}’.